woensdag 31 januari 2007

164. Levensloop Riette Voorhaar


Verhaal Riëtte Voorhaar

Maar eerst over de naam, want jullie kennen me als Hendrika. Toen ik 14 was had ik er genoeg van, er waren altijd leraren die er wat anders van maakten en met de naam van mijn oma kon ik me wel verzoenen, maar niet met drika of rietje etc. dus verzon ik iets wat weinig voorkomt en toch relatie had met mijn doopnaam. Zodoende.

Er waren wel eens mensen die me voor een stadse meid aanzagen, maar dan kon ik heel trots vertellen dat ik toch echt wat jaren op het platteland had gewoond en nog wel in Vroomshoop, ergens tussen Almelo en Ommen.
In mijn herinnering deed ik niets liever dan over de sloot springen en door de wei lopen aan de overkant van de Sluisstraat. (Ja, ik weet de naam hebben ze veranderd). Van de tijd in Vroomshoop, waar we 5 jaar woonden, herinner ik me zo wat flitsen. Inmiddels weet ik niet meer zo veel, waarschijnlijk ook om dat echt herinneringen ophalen nooit meer gebeurde.
Ik weet dat er net een nieuw zwembad kwam. Eerst een in Den Ham en het jaar erop in Vroomshoop. Ik was dol op zwemmen en sprong stoer van de duikplank. Dat ging een keer mis, waar de hele klas bij stond. Toen ik verkeerd sprong zag ik de badmeester schrikken, ik kwam met een bloedige knie uit het water. Het waren achteraf alleen wat schrammen.
Wat zo leuk was dat ik heen en weer naar het zwembad fietste door het bos. Ik ontdekte dat ik het eigenlijk heerlijk rustig vond alleen in het bos. Dat ben ik op latere leeftijd weer veel gaan doen, alleen door het bos dwalen, liefst niet op het fietspad, maar langs de kleine wildsporen, die je alleen ziet als je goed kijkt.

Na mijn verhuizing naar Hengelo eind 1963, ben ik maar een paar keer terug geweest in Vroomshoop en heb toen alleen Warna gezien, waar ik nog vaak aan denk. Ze kon Yvanhoe na doen, wisten jullie dat.
Al dat ge-verhuis als kind vond ik helemaal niet leuk. Uit het westen naar het oosten was eerst moeilijk wennen, maar nu zou ik zo weer terugwillen naar een dorp in Twente en ben blij dat ik sinds kort in de Achterhoek werk. Maar hieronder eerst wat historie.

(Riette voor de oudst levende boom in Duitsland Haasbruch 2006)
In Hengelo woonden we 10 jaar naast de kerk waar mijn vader predikant was. Het was daar een druk sociaal leven, veel clubjes van de kerk en naar padvinderij. Dat laatste vond ik fantastisch, van alles leren over natuur en klusjes. Op de lagere school werd ik meteen naar bijles Frans gestuurd en 1 1/2 jaar later deed ik toelatingsexamen voor het Christelijk Lyceum in Enschede. Dat ging heel niet slecht. Gymnasium, want ik wilde dokter worden en naar Afrika. Dat werd ploeteren soms met al die talen en met schrijven (6 jes), maar met exacte vakken had ik geen moeite. Tegen het eindexamen, had ik mijn Afrikaans ideaal laten varen, en besloot ik geen medicijnen of biologie, maar scheikunde te gaan studeren aan de TH Twente. Na een algemeen jaar, waar ik vlijtig genoeg was en heel veel plezier had van het op kamers wonen, leek me natuurkunde een passender keus, het was zo'n geknoei op zo'n scheikunde practicum. Ik had ijverige plannen, maar deed toch 8 lang jaar over mijn studie. Ik was inmiddels getrouwd met een medestudent die net afgestudeerd was, en ging graag met hem op reis naar congressen in Italië etc.
Na mijn studie was ik 25 jaar oud en begon aan mijn eerste baan als ingenieur bij de Machinefabriek Holec in Hengelo. Daar had ik het erg naar de zin, maar met het bedrijf ging het niet zo goed. Na een paar jaar kwamen er ontslagen, was ik in verwachting van mijn oudste zoon en woonde inmiddels in Arnhem. Na de bevalling van de oudste bleef ik thuis, hoewel ik graag had willen doorwerken. We hebben twee zonen gekregen. Ze zijn in het huis waar ik nu nog woon geboren en opgegroeid en wonen nu beiden op kamers. De jongste (22 jaar ) studeert in Groningen en de oudste in Arnhem.

Mijn huwelijk kende vanaf het begin wat strubbelingen en na 13 jaar zijn we gescheiden. De verantwoordelijkheid voor de kinderen konden we wel delen, maar die moeilijke jaren is geen van ons is zonder kleerscheuren door gekomen. Mijn oudste zoon bleek na heel veel omzwervingen in hulpverleen-land een autistische stoornis (Asperger) te hebben. Daar kwamen we pas achter toen hij 14 was en in een psychiatrische kliniek was opgenomen. Dat had zo zijn gevolgen voor het gezinsleven. Het was een erg aardig slim kind, op school voorbeeldig, maar thuis soms erg moeilijk. We zijn blij dat hij nu na 10 jaar vallen en opstaan zijn weg vindt.
(Riette op wandelvakantie met vrienden 2006)
Toen in 1985 mijn jongste zoon een half jaar was vond ik weer een baan in Arnhem en we hadden een fantastische oppas thuis. Ik werkte 4 dagen per week als akoestisch adviseur en later weer in de machinebouw in Rheden. Maar ook daar ging het na 7 mooie jaren slecht met het bedrijf. Ik vond een baan in Nijmegen als kwaliteitsmanager. Na een paar jaar werd ik overspannen en kwam thuis te zitten.
Er gebeurde nog 4 jaar geleden een ongeluk waarbij mijn huis uitbrandde en ik had beslist een paar jaar nodig om weer bij te komen. Ik twijfelde of ik dankzij de recessie na mij 50ste weer aan de slag kon komen en was het thuis klussen wel weer zat.
Zo begon ik 2 1/2 jaar geleden aan de studie Bos- en Natuurbeheer aan de hogeschool Larenstein in Velp. Dat doe ik nog steeds heel enthiousiast.
(riette op viool)
Hoewel ik er nauwelijks op rekende kreeg ik in de herfst een telefoontje of ik over een baan wilde komen praten en opeens had ik na de kerst weer een baan. Ik werk nu 3 dagen per week bij Elster-Instromet in Silvolde. Het bedrijf maakt grote heel nauwkeurige gasmeters van metaal en ik reken of het sterk genoeg ik bij hoge druk. Ieder land of bedrijf wil het om de paar jaar weer een beetje anders bedacht of berekend en zo houdt je werk als ingenieur. Ik ben heel blij dat ik weer collega's heb en de koffie klaar staar s morgens.
Verder probeer ik mijn studie zo goed mogelijk af te maken de komende 1 1/2 jaar. Het liefst zou ik daarna een groot landgoed beheren en in het koetshuis gaan wonen.
Na de padvinderij heb ik een variëteit aan hobby 's gedaan, het (berg) wandelen en zeilen is wel blijvend favoriet. Ik heb 6 jaar geleden een klein kajuitbootje gekocht en breng daar heel wat vrije uren op door. Friesland is zo ongeveer mijn tweede vaderland, de oceaan hoef ik niet over.
Een aantal van jullie herinneren mijn familie nog misschien. Mijn 2 broers en 3 jongere zussen zijn nog goed gezond, maar mijn ouders zijn de afgelopen jaren beiden overleden.
Ik vind het erg leuk 21 april naar Vroomshoop te komen en jullie te zien, maar ook heel spannend, omdat ik niet weet wat er aan herinneringen zo opkomt. De school heb ik nog eens weergezien, er was een supermarkt, maar de bomen stonden er nog. Het meest jammer vond ik dat er net als bij zoveel dorpen tegenover ons eerste huis aan de Sluisstraat ook een wijk woningen gebouwd was, en niet meer de Flierdijk tot het bos te zien was. Is de boerderij van Kolkman er nog ? Een van de bijzondere herinneringen met de klas waren de schaatswedstrijden op het kanaal.
15 Jaar geleden heb ik een paar keer de Weerribben tocht geschaatst, (de elf steden stond ook nog op het programma....), maar schaatsen heb ik echt in Vroomshoop geleerd.
Hartelijke groet,
Riëtte Voorhaar

(nu ik mijn verhaal af heb, ga ik ook eens verder op de website kijken)

Geen opmerkingen: