143. Leuke bijzondere verhalen (4)
Verhaal nr 1. Warner Nieboer, bloemlezing uit het werk van een diender is gepubliceerd onder nummer 128.Verhaal nr 2. Teun Kolkman, 'ik ga slapen ik ben moe' treffen jullie aan op nr 132.
Verhaal nr 3. Geertje Dekker van Vroomshoop naar Amsterdam staat onder nummer 133.
Onderstaand een ver haal van Jan Reiling.
Verhaal nr 3. Geertje Dekker van Vroomshoop naar Amsterdam staat onder nummer 133.
Onderstaand een ver haal van Jan Reiling.
Het leven in Noorwegen
Teun heeft mij gevraagd om wat te vertellen over de hevige sneeuwval van de laatste tijd en wat over het leven in Noorwegen.
Wat de sneeuwval betreft valt het bij ons nogal mee!
De hevige sneeuwval in Zuid Noorwegen hebben wij ook alleen maar via de nieuwsberichten beleefd. Het heeft erg gesneeuwd in de buurt van Kristiansand en dat is ongeveer 350 km ten zuiden van Oslo. Ik woon ca. 30 km ten zuiden van Oslo en daar hebben we de laatste dagen maar 20 cm sneeuw gekregen en dat is heel normaal.
Noorwegen is een groot en lang land met veel bergen en daarom zijn de weersomstandigheden nogal verschillend hier en daar. Van Zuid Noorwegen tot het hoge noorden is het ca. 2000 km (Ongeveer even ver als van Zuid Noorwegen naar Rome in Italie). Het land is ca. 10 keer zo groot als NL en we hebben maar 4,5 millioen inwoners. Dus gemiddeld hebben we allemaal goed de ruimte. Maar de meeste mensen wonen in de buurt van de “grote” steden: Oslo, Stavanger, Bergen en Trondheim.
Wat betreft het leven in Noorwegen breng ik de dagen meestal door met vergaderen of achter (of voor) de computer te zitten. Daar probeer ik het werk te regelen voor 12 mensen van de Informatieafdeling van de Norwegian University of Life Sciences, zoals het zo mooi heet. Ik begin mijn dag om 8 uur en ga om 15.45 uur weer naar huis. Ondertussen heb ik dan ook een betaalde lunch van een half uur gehad. Zomers werken we maar tot 15.00 uur. Dan is het nog tot 12 uur in de nacht licht en dus hebben we na het werk nog een hele vrije dag voor de boeg. Met andere woorden hebben we korte werkdagen, maar aan de andere kant werken we ook erg lang. De pensioenleeftijd is 67 jaar en er zijn al stemmen die zeggen dat we tot 70 jaar moeten gaan werken.
Ik heb een relatief goede baan aan de universiteit en mijn inkomen is ongeveer euro 60000 (bruto). Ik heb begrepen dat dat nogal weinig is voor nederlandse begrippen. Daar staat ook weer tegenover dat het minimumloon in Noorwegen vrij hoog is. Mijn zoon werkt zomers als vakantiepostbode en verdient dan 15 euro per uur netto. Mijn belastingniveau is ca. 30-35% en daar zit alles bij in. Ook gratis ziekenhuis etc. etc. etc. Maximaal betalen we 200 euro per persoon per jaar aan ziektenkosten. De rest wordt door “moeder de staat” betaald.
Het verschil in inkomen tussen de mensen is in verhouding tot NL erg klein. Hoewel het verschil de laatste jaren wel wat groter is geworden tussen arm en rijk. Niemand is trouwens arm in Noorwegen. Samen hebben we 250 milliard euro op de bank staan. En die bankrekening wordt elk jaar groter en groter. Dankzj de olie.
De sociale voorzieningen zijn over het algemeen erg goed. Als voorbeeld kan ik het zwangerschapverlof noemen. Moeder en vader hebben samen het recht op 12 maanden betaalt verlof, waarvan de moeder minst 6 maanden op moet nemen. Bij de geboorte krijgt ook iedereen ca. 8000 euro als extra “vergoeding”. Wanneer we later misschien in een bejaarden tehuis terecht komen wordt de betaling van ons pensioen afgetrokken maar ons vermogen wordt nooit aangeraakt.
“Kleine verschillen tussen de mensen” is trouwens een goede beschrijving van de Noorse samenleving. De Noorse samenleving heeft nooit een heersende adelstand gekend, zoals de meeste andere Europese landen. Dat is volgens mij een meewerkende oorzaak dat de mensen erg gemoedelijk met elkaar omgaan. Iedereen is gelijk en iedereen noemt elkaar bij de voornaam. Ik wordt bijvoorbeeld door alle studenten bij de voornaam genoemd. Net als onze rektor. Zelfs onze staatsminister wordt door journalisten “Jens” genoemd en de juffen en meesters op alle scholen hebben alleen maar een voornaam.
Mijn dochter heeft vorig jaar zes weken wiskundeles gegeven op een school in Almelo. Ze was erg verbaasd dat ze daar als “juffrouw Reiling” werd aangesproken. Dat is totaal ondenkbaar in Noorwegen. (Van vroeger kan ik mij nog herinneren dat de voornaam van de juffen en meesters een groot geheim was)
Deze gemoedelijkheid komt ook tot uitdrukking in de kledingswijze. Iedereen bij ons op de universiteit loopt rond in een spijkerbroek en een t-shirt. Colbertjasjes en stropdassen zijn onbekend en wordt alleen maar door de rektor gedragen af en toe. En dit geldt ook voor de rest van de samenleving. Behalve dan belangrijke zakenlieden. Die menen dat ze nog belangrijker worden wanneer ze een stropdas om doen.
Maar de noren gaan altijd in hun beste kleding naar een feest. Dan wordt het zwarte pak uit de kast gehaald en het stof wordt uit de klederdracht geschud. En dit brengt mij dan tot de vraag welke kleding ik aan moet hebben tijdens de reunie. Smoking, zwart pak, spijkerbroek of korte broek met wollen kniekousen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten